Clostridioides difficile infectie (CDI)

Deze infectie wordt veroorzaakt door selectie van micro-organismen tijdens antibiotica therapie. Het staken van deze middelen is derhalve van groot belang. De therapie wordt gebaseerd op de ernst van de aandoening.

Bron: SWAB richtlijn 2023: 'Antimicrobiële therapie voor acute infectieuze diarree'

Eerste, ongecompliceerde CDI

diarree, al dan niet gepaard gaande met andere abdominale symptomen (buikpijn, krampen, misselijkheid), in combinatie met microbiologisch bewijs van een C. difficile infectie, en zonder andere oorzaak van diarree

ambulante patiënt zonder kwetsbaarheden* en stoppen van uitlokkende antibioticum

1e keuzemetronidazol3 dd500 mgp.o.10 dagen

niet-ambulante patiënt zonder kwetsbaarheden* en  stoppen van uitlokkende antibioticum

1e keuzevancomycine4 dd250 mgp.o.10 dagen

patiënt met kwetsbaarheden* en/of gelijktijdig gebruik van non-CDI antibiotica

1e keuzefidaxomicine2 dd200 mgp.o.10 dagen

* immuungecompromitteerde personen, patiënten die een intensief medisch traject doorlopen (bijv. hemodialyse, (geplande) chemotherapie), langdurige opname of verblijf in een verpleeghuis

Ernstige CDI of geen verbetering na 3 dagen gebruik van CDI antibiotica 

naast diarree ook systemische verschijnselen, zoals koorts, leukocytose >15 x 10e9/l, stijging serum creatinine (>50% boven uitgangswaarde), uitzetting dikke darm bij beeldvormend onderzoek, peri-colonische vetinfiltratie en wandverdikking colon, hypotensie, septische shock, verhoogde serumlactaatconcentratie, ileus, toxisch megacolon, darmperforatie of snelle verslechtering patiënt

1e keuzevancomycine4 dd250 mgp.o.10 dagen

indien geen orale behandeling mogelijk:

1e keuzevancomycine infuusvloeistof4 dd250 mgper duodenumsonde

10 dagen


bij verminderde doorgankelijkheid / ileus:

1e keuzevancomycine4 dd250 mgp.o.10 dagen
+metronidazol3 dd500 mgi.v.10 dagen


Recidief CDI

Eerste recidief, waarbij eerdere episode met vancomycine is behandeld

1e keuzefidaxomicine2 dd 200 mgp.o.10 dagen

Eerste recidief, waarbij eerdere episode met fidaxomicine is behandeld

1e keuzefidaxomicine afbouwschema****p.o.**
alternatiefvancomycine afbouwschema******p.o.***

** fidaxomicine p.o.: 2 dd 200 mg op dag 1 - 5, gevolgd door 1 dd 200 mg van dag 7 - 25

*** vancomycine p.o.: 4 dd 250 mg gedurende 2 weken, gevolgd door 2 dd 250 mg  gedurende 1 week, gevold door 1 dd 250 mg gedurende 1 week

Tweede recidief

Behandel met fecestransplantatie - Overleg met de Nederlandse Donor Feces Bank (NDFB) in het LUMC 

Recidief na fecestransplantatie of in geval van contra-indicatie voor fecestransplantatie

Behandeling in overleg met gespecialiseerd centrum fecestransplantatie